Campus Walks

Bert Groenman, begonnen in 1970 en ruim 40 jaar werkzaam geweest. De meeste tijd als hoofdredacteur van destijds het UTNieuws.

Artikel over Bert Groenman bij UToday https://www.utoday.nl/news/55289/ik_heb_het_razend_leuk_gehad
Een van zijn recente activiteiten was het schrijven van een biografie over de oud burgemeester van Hengelo Wouter Lemstra
https://www.utoday.nl/news/70268/lemstra-bracht-ontzettend-veel-praktijkervaring-naar-de-ut

What is Campus Walks?

A trip though memory lane by walking on campus of the University of Twente

Goed. Heb je er geen last van met het kabeltje?

Nee hoor.

Nou Bert.

Daar gaat-ie dan.

Welkom Bert Groenman.

Van het UT nieuws van vroeger.

Wil je je misschien even intruseren Bert, voor de luisteraar?

Voor mezelf?

Ja.

Nou, ja.

Je bent Bert Groenman.

Goedemorgen.

Goedemorgen.

Ik ben vanaf 1970 werkte ik op het UT.

Ik ben daar gestopt in 2011.

Dus ik heb er 41 jaar gewerkt.

Dus ik heb de geschiedenis van het UT redelijk nog scherp in gedachten.

Ik heb er maar een paar jaar gemist eigenlijk.

Dus ik heb alles, het begin en alles meegemaakt.

Ik trof daar het UT nieuws aan, wat toen nog nieuws in en om UT heette.

Nee, nieuws in en om THT was het toen nog.

TH was het natuurlijk nog.

Dat heb ik mogen opbouwen tot krant.

Totdat ik wegging.

Vrij kort daarna is het allemaal digitaal geworden.

Maar ik heb hier ook een interview meegenomen op het papier.

Ik heb het reuzeleuk gehad.

Dat klopt, dat heb ik pas gelezen nog.

Dat is een interview van jou, Bert Groenman over...

Mijn afscheidsinterview.

Afscheidsinterview.

2010 was dat.

2011.

Ja, 2010 was de afscheid.

Toen heb ik nog twee maanden doorgewerkt.

Of anderhalf iets.

Goed, ik ga hem straks even nog doorlezen.

En je hebt een mooi boek bij je, zie ik.

Ja, dat is om even aan te geven dat ik niet helemaal stil heb gezet.

Zo, daar ben je nu nog mee bezig.

Nee, nee, nee, dat is uitgegeven al.

Ja, maar goed, dit soort dingen ben je nu.

Dit soort dingen, ja, als ik dat toevallig tegenkom.

Ik ga niet op jacht.

Maar als het zo toevallig...

Jitze Groen werd mij aanbevolen als de oprichter van Thuisbezorgd.

Ik dacht, hmm, dat was op een feestje vrijdagavond.

Ik dacht, dat zou toch misschien wel leuk zijn.

Maar ik weet waar je aan begint, want je bent zo weer twee jaar terug.

Twee, drie jaar, ik ben met de corona erbij.

Daar ben ik hier wel drie jaar mee bezig geweest.

Maar leuk werk, moet ik eerlijk zeggen.

Je kan er alles in stoppen wat je ervaring betreft.

Dus de interviewers, het religeren, mensen bellen en dat soort dingen.

Ik ken alle disciplines, laat ik het zo zeggen.

Dan stop je in het boek.

We hebben Campus Walks, dus eigenlijk zou ik met jou graag een wandelingtje willen maken over de campus.

En een beetje herinnering ophalen.

Het is mooi weer.

Dus we zijn lekker vroeg begonnen.

Ja, is goed.

Zullen we even gaan doen?

Ja joh.

We beginnen even hier, want ik was wel geïnteresseerd.

Ik liet even de studio zien, we zijn hier bij het videoteam van de UT.

Kijk even de deur.

Het eerste wat je toen zei, ik zal even opstarten in de studio.

Jij bent hier begonnen, zei je?

Ja.

Precies in deze ruimte?

Ik zat hier.

Je zat daar?

En hier zat de rest van de redactie.

Dus waar nu de regieruimte is, daar zat jij?

Ja, zo ongeveer.

Ja?

Ja, maar die wandels zijn anders.

Ja?

Ik kon naar buiten kijken en dat is hier dus niet zo.

Ja?

Ja.

En dat was wanneer?

Wat voor een jaar was dat?

Oei.

We zijn begonnen in het paviljoen aan de overkant.

O, dus daar ben je begonnen?

Dat was zo'n klein hokje.

Ja.

En toen zijn we verhuisd hier naartoe.

En vervolgens van hieruit naar de collegezalenvleugel helemaal op het eind.

Ja.

En van daaruit naar de Vrijhoofd.

Ik denk in die volgorde.

Zo ongeveer.

Maar toen je bij de UT kwam, kwam je van buiten.

En ben je als hoofdredacteur of redacteur?

Ik was eerst eindredacteur.

En ik was redacteur-verslaggever bij de Goyen-Eemlander in Hilversum.

Ja.

En dan was ik leerling-verslaggever.

En ik stond juist op dat punt om redacteur te worden.

Ja.

Toen mijn broer mij attendeerde op een factuur hier.

Bij een blad in Wording, zeg maar, of een beetje uitbouw.

En dat was in 1970.

En dat leek me wel wat.

Dus ik kwam hier vrij groen binnen.

En toen heette dat THT?

Nieuws innemond THT en dat was een stenseltje.

Ja, maar dit is allemaal veranderd, joh.

Dit is helemaal verrenoveerd, hè?

Dit is gewoon wat meer hetzelfde.

Maar even kijken, je bent dus met het paviljoenbeet begonnen?

Ja.

En toen zaten we als krant, als blad, bij pers- en voorlichting, heette dat toen nog.

Dat zat nu bij elkaar.

En bij een baas, dat was Jan Peters, dat was het hoofd van de voorlichting.

En dat vond ik niet zo heel erg leuk, want als je een krant maakt moet je toch wel enige...

...vrijheid hebben om te schuiven wat je goed doet en wat er gebeurt.

Maar was dat toen al, dat die vrijheid er was?

Nee, nee, nee.

Het hebben we helemaal moeten bevechten in tien jaar tijd, ongeveer.

Dus het was in '79, na negen jaar, toen werd ik van eindreacteur hoofdreacteur.

Het blad kreeg een eigen statuut, vastgesteld door de universiteitsraad.

Hoogschoolraad was het destijds nog.

Maar was dat als wens van de UT, of had jij daar vorm gegeven?

Ik heb daar wel het initiatief toegenomen, maar het was landelijk.

Er waren meer blaren die hetzelfde probleem hadden, dan ze steeds in de klins lagen met het college van bestuur.

Of allerlei publicaties.

En dat wilde ik vanaf.

Waar zou je naartoe lopen? Wat vind je leuk om mij te laten zien?

Wat heb je herinneringen mee?

Even het oude paviljoen.

Ja?

Ja.

In Nederland was er dus een tendens om een beetje controle te houden, maar ook een beetje vrijheid van de mensen.

In de jaren '70 was het toch wel heel bizar, het was heel autoritair.

Als ik iets publiceerde wat onwelgevallig was, dan kreeg ik op een flikker van de secretaris van de universiteit.

Er was ooit een klein brandje in het CT-gebouw, wat nu dan langerzijds is gelopen.

En daar mocht ik niet over publiceren, want dat was niet goed voor de imago van de universiteit.

Dat ben ik wel gaan aantrouwen. Maar dat soort dingetjes.

Dat is natuurlijk later ook nog veel vaker voorkomen, denk ik.

In de tijd van Erik Bolle en Harry Fekkes van de Kronenberg, die begrepen het spel wel hoor.

Van de Kronenberg was het nog een grootheid.

Autorector magnificus.

Ik hoor het aan jouw sleutels rammelen, kan je die ook in je achterzak doen?

Ja, dat is mijn autosleutel.

Hoor je hem nou nog?

Nee.

Kijk, dit pad bijvoorbeeld. Dat ken ik helemaal niet.

Vroeger liep daar nog achteraan een bruggetje.

Nee, maar dat ging zo. Dat was dat pad. Maar dit pad.

Maar daar is ook nog een pad gelopen. Je ziet nog wat restanten van een bruggetje daar.

Een paviljoen tussen die bomen door.

Maar dit beek, is dat een aftakking van het Nadrienbeek?

Ja.

Haha, ja zegt hij.

Ja, ik weet het niet. Ik weet ook niet alles.

Maar het is er wel op vooruit gegaan.

Ik rijd er wel eens overheen en ik kom er wel eens bij mijn oude redactie.

Met name bij Maaike. Dus ik houd er een beetje bij.

Niet de details hoor.

Goedemorgen.

Ik loop even naar het Prins Paffie.

Dus daar is echt jouw carrière begonnen?

Ja.

Maar in een villige bouw, maar ik neem aan dat het niet veel overnieuws was.

Nee, alleen een klein stukje.

Ik had alleen maar een secretarisse, Heidi Beversluis.

Een hele trouwe secretarisse. Die heeft bijna twintig jaar bij ons gewerkt.

Eigenlijk bij mij, want we waren in het begin met z'n tweeën.

En toen heette dat nog THT Nieuws of zo?

Ja, we plakten de krant op vellen. Zij tikte het uit.

Wat ik schreef, tikte zij nog een keer uit.

En het werd dan opgeplakt.

En vervolgens ging het naar de drukkerij en werd het nog een keer opgenomen.

En vervolgens gedrukt. Een heel ingewikkeld proces.

Ja, dat weet ik nog wel.

En hoe vaak was die uitgave? Maandelijks of zo?

Wekelijks.

Wekelijks, ook al.

Toen jij begon, was het al wekelijks een krant?

Ja. Maar kranten dus, eigenlijk.

Ze zochten een journalist en ik was de eerste.

Kijk, ze zijn het helemaal aan het opknappen. Ze hebben dat helemaal opgeschuurd.

Het was helemaal donker aan de buitenkant.

Ja. De voorlichting zat daar.

Helemaal links.

In het begin van 1970.

Ingang links.

En ik zat daar. Niet deze vleugel, maar daarachter.

Een heel klein hokje, waar ik af kon schermen als er weer bezoek was.

Waar ik niks mee te maken had.

En dan kon ik mij afschermen van het lawaai en het groezemoes en alles.

En dan moest ik een krant maken. Maar het stelde niet zo heel veel voor.

En waarom ben je dan hier vertrokken? Naar de Spiegel?

Of naar het BGW?

Ja, dat is een goeie.

Nou, omdat ik meer... Ik mocht bouwen aan de krant.

Ik mocht uitbreiden. Ik kreeg een eigen budget.

Ik kreeg meer bevoegdheden.

Een beetje richting de Vrijhof lopen?

Ja.

Misschien dat het nog wat je collega's van je treffen.

Je kon mensen aannemen.

Ja, en dan heb je meer ruimte nodig.

En toen zijn we verkocht.

En de voorlichting wilde het hele paviljoen.

En wij werden er een beetje uitgewerkt.

Want toen was er eigenlijk al een soort sprake van...

voorlichting en nieuwsvergadering is iets anders.

Ja.

Vond je dat zelf ook? Of dacht je van waarom moet ik hier zijn?

Ik kwam van de krant. Ik was opgeleid bij een dagblad.

Dan heb je het over persvrijheid.

Wat de gewoontezaak van de wereld is.

En dan kom je hier en is het totaal anders.

Dus dat moest ik even aan wennen.

En...

Ik denk, we gaan werken aan een statuut.

We gaan werken aan een autonoom blad.

Wat journalistiek verantwoord is.

En we willen geen spreekbuis van het College Ambassadeur zijn.

En dat is aardig gelukt.

En hoe kwam er daarna UT nieuws dan naar boven?

Eerst wat THT. Want op een bepaald moment is UT geworden, toch?

Er was eerst nieuws in en om.

THT. Technische Hoogschool Twente.

En dat blad bestond vanaf...

1963, zeg maar. '64.

Begin tijd.

En de houding...

Er was een redacteur.

Een Nederlandicus.

Die deed dat.

En die is eigenlijk overleden. Vroegtijdig.

En toen kwam er die vacature vrij waar ik dus...

opgezet ben in 1970.

En ja...

Toen zijn we gaan werken aan een blad.

Eerst één pagina, toen twee pagina's, toen een hele krant.

Maar dan echt op A4 nog.

Een echte krant werd het pas in '79.

En toen werden we ook gedrukt door...

Tubantia.

Daar, van de Loef, heette dat destijds nog.

Weet ik wel.

En wanneer is het in TNuus gaan herten?

En heb je daar ook invloed op gehad?

Jazeker.

Toen het THT Universiteit werd...

en ik denk dat dat is geweest in '86, '87.

Dat TH...

Universiteit werd.

En toen moesten we dus niet verlangen.

Het was nu THT-Nuus, maar toen werd het UT-Nuus.

Snap je?

Ja, dat was eigenlijk een logische stap eigenlijk.

Logische stap. -Dat was niet een prijsvraag of iets.

Nee, nee. Wat is dat voor iets?

Dat is een vist-tent. -Ja, dat snap ik.

Het lijkt een beetje op een...

Voor mij heeft dat ook de naam van een lowlands-tent.

De Brava of zo, die wist al heeft dat een naam.

Het is vaak zo'n typische lowlands-achtige tent.

En wat is dat dan?

Wat moet ermee?

Ik denk dat er een feestje is volgende week.

Of het net geweest is, misschien.

Ja.

Dan hebben we hier nog de boerderij.

Wat zit daar tegenwoordig in?

Dat is de contactcenter voor studenten, volgens mij.

De nieuwe studenten kunnen daar... -Ja, dat staat daar al.

Ja. -Dat is een beetje algemeen begrip natuurlijk.

En Driedenburg heeft ook weer andere functies gekregen.

Want daar heeft dus het hotel van de UT in gezeten.

En dat is helemaal verplaatst naar U-Park, daar schuin achter.

Ja.

En...

Driedenburg heeft ook weer een beetje een make-over gekregen.

Met dat zwart en dat wit is wat meer aangezet nu.

Sommige mensen noemen het het Heraclis-gebouw.

Er zit wat in.

Maar er zit nou Atlas in, dus de University College.

Ja.

Op dit gebouw was er al een behoorlijke discussie.

Want toen dit plein hier gemaakt is...

Eigenlijk wilden ze dit gebouw ook blauw maken.

Smurfachtig blauw.

Maar toen is de architect in opstand gekomen.

En daardoor hebben ze dit wel weer...

De oorspronkelijke architect van het gebouw?

Ja, die moesten ze benaderen. Want je mag niet zomaar een gebouw...

Nee, nee, nee.

Dat snap ik.

Maar jij bent hier komen werken wanneer?

'92. -In '92?

O ja, nee.

Toen hadden we al UT-nieuws.

Toen hadden we al het Centrum voor Informatievoorziening.

Het Rekenscentrum, het oude Rekenscentrum.

Toen moest de grote brand bij Qubicus nog gebeuren.

En die lichtkrant daar.

Ja, die kennen we ook nog.

Maar die is niet meer, hè? -Nee, die is tot nu toe opgeschreven.

Volgens mij is dat kunstwerk ook weggehaald.

Dat was van die Amerikaanse kunstenares.

Binnengehaald door Frans van Vugt, weet ik.

Jij weet toch wel de geschiedenis van kunstwerken, denk ik, hè?

Ja, wel enigszins.

Maar daar heeft ook nog een vijver gezeten, volgens mij.

Waar nu dat kunstwerk zit.

Er zat een lichtkrant op.

Dat draaide zo. Het nieuws.

Ja, aan de buitenkant. In de binnenkant zat nieuws.

Nee, aan de buitenkant. -Ja, maar aan de binnenkant zaten ook nog displaytjes.

Ja, er zaten ook nog displaytjes. -Aan de buitenkant ook?

Ja, ja, ja.

Maar wie heeft dat goedgekeurd?

Wie heeft die kunstenaar geselecteerd?

Ik denk, kunstenaar weet ik niet uit mijn hoofd wie dat is.

Maar dat was een Amerikaanse.

En Frans van Vugt nam dat idee mee vanuit Amerika.

Dat kan ik me herinneren.

Om dat nieuws erbij te doen?

Ja, gewoon als lichtkrant vond hij het leuk met zijn kunstwerken.

Je kent het wel en dan komt hij met een goed idee.

Dat weet ik dan wel.

Het kostte een paar cent, maar het was ook wel weer aardig.

Ik weet wel dat er op een bepaald moment dat nieuws op stond.

En op een bepaald moment stond er ook de ANP-nieuws.

Maar er was geen licentie voor, volgens mij.

En op een bepaald moment heeft U2-nieuws het overgenomen, dacht ik.

Ja, we hebben dat toen geadapteerd.

Daar kregen we geen geld voor, want dat vond ik niet zo heel erg leuk.

Maar goed, we moesten dat gewoon even bijdoen.

Maar het nieuws dat ons...

Ik kan me herinneren dat we op een gegeven moment...

We hadden een affaire met IJzerman.

Wij wisten wie de opvolger zou worden binnen het college van bestuurder.

De voorzitter.

En dat zou een IJzerman moeten worden.

Een politieinspecteur hier in de buurt.

Van D66.

Was mij ingefluisterd door Frans van Vugt.

En we hebben dat in de krant gezet.

Ik heb geïnterviewd.

De nieuwe CVB-zorgs, de politieagent.

De huidige minister kwam dat te horen vlak voordat de krant zou uitkomen.

En die belt het college van bestuur op en die verboot de uitgave van de krant.

Beslagleggen met die handel.

Het ging gebeuren.

Maar die lichtkrant liet het gewoon doordraaien.

Van meneer IJzerman is beoogd voorzitter van het college van bestuur.

Ik moest bij het college van bestuur komen en die was heel erg boos.

Ik trouwens ook.

Het is mij toegefluisterd.

Ik zal die bron niet verklappen, maar zoek het wel in je eigen kring zo.

Nou ja, ik heb ook gezegd.

Als je die krant niet vrijgeeft, want die lag opgeslagen.

Het mocht niet.

Als je die krant niet vrijgeeft, dan ga ik naar het hart van Nederland.

Die hebben we al gebeld.

Een rel op de UT.

Geef die krant los en dan gaat het wel goedkomen.

Dat gebeurde ook op een gegeven moment.

Later hebben we er ook wel om gelachen.

Maar die IJzerman is toen niet benoemd.

Waarom was dat zo gevoelig dan?

Omdat het een politieagent was.

Een politieagent hoorde niet op de universiteit thuis.

Zou dat nu nog steeds een probleem zijn?

Ik weet het niet.

Ik heb de CVB-voorzitters eigenlijk niet zo gevolgd.

Ik ben vertrokken toen Vlierman, jou ook wel bekend, nog de CVB-voorzitter was.

Die was niet uit eigen kweek.

Ik had het idee dat hij het echte UT-gevoel een beetje miste.

Wat bij Van Vrucht niet zo was.

En bij andere mensen ook niet. Maar bij hem wel.

Maar er zijn opvolgers die heb ik niet gevolgd.

Dus dat weet ik niet.

Dat zou ik niet weten.

Maar die benoemingen en dat soort dingen, dat was altijd wel wat geheimzinnig.

Dat speelde altijd meer dan je dat tegenwoordig vond.

Ja, maar dat was fantastisch.

Van Lokere Campagne, dat was de CVB-voorzitter.

Ik denk in het begin jaren '90 dat hij zou worden benoemd.

En we kwamen daar niet achter wie dat zou worden.

Dus ik ben in de Spiegel, vroeger het BB-gebouw, ben ik gaan posten.

Of er misschien een taxi langs kwam met de beoogde kandidaat.

Zo was dat nog.

Ging je zelf of had je dat met z'n vrienden?

Ik zat gewoon als een soort...

Een detective.

Ja, zoiets.

Ik wist alleen dat hij van Lokere Campagne heette.

Dus ik heb vier, vijf mensen die ze met die naam in Nederland gebeld.

Van word jij misschien ook de voorzitter van het collectief bestuur.

Dat lukte allemaal niet.

Maar ik kwam er op een gegeven moment wel achter.

Maar je moest wel vreselijk je best doen daarvoor destijds.

En dat was wel leuk.

Ik weet niet hoe het nu gaat trouwens.

We zitten nu bij de Vrijhof.

Daar zit het U2D in.

Volgens mij hebben ze op dit moment een redactievergadering.

Zullen we even kijken?

We schuiven even aan.

Hier was de koffieautomaat.

Ja, dat zit nu hier op het hoekje.

Dat is helemaal...

En hier, ik denk dat ik hier zat.

Ik zat niet...

Nou, ik weet het niet meer.

Het is helemaal anders geworden.

Hier links.

Ik zat hier.

O.

Zo ongeveer.

Kijk uit op het kerkje.

Ja.

Wat een uitzicht hè.

Nog steeds hè.

Ja, nog steeds.

Maar dat is een tijd geleden.

En dan liepen we helemaal door.

Ik heb die muren laten uitbreken.

Dat is helemaal anders.

Je hoeft het niet te herkennen meer.

Je hebt het ook al meegemaakt.

Dat hier concerten waren, filmeren.

Ja.

Dat gebouw leeft ook echt hè, de Vrijhof.

Ja.

Doe maar, bijvoorbeeld.

Ja.

Televisieuitzendingen werden hier ook gedaan.

Zeker, zeker, zeker.

Volgens mij moet er nog één verdieping hoger.

Hier kan je met de trap naar boven.

Wat er in een paar jaar tijd kan veranderen.

Kijk, de generale zit hier.

We kunnen even kijken of Peter er is.

Goedemorgen.

Hey.

Goedemorgen.

Goeiedag.

Kijk, hier.

Hé.

Nou dat is nog eens leuk.

Ah, je hebt het.

Dit is de podcast.

Ja, we zijn aan het...

Het is een podcast.

Het is leuk.

Hallo, hallo.

Hé, zijn de designen al aan het maken?

Ja, ja, nee.

We zijn al bezig.

We lopen nu.

Ik weet alles van gevolg.

Heb je nog een boodschap voor het Nederlandse volk?

Ik heb al het nieuwtje al binnen.

Het ziet er goed uit, hè?

Alles goed, zeg ik al, hoor.

Ja, maar het hoort er blij mee.

Zeker.

Nou, als er geen woord bent, weggeweest.

Ze voelt het wel een beetje, ja.

Maar alles is anders hier.

De vloerbedekking en de muren.

De deuren.

Alles is anders.

Je kan het binnenkijken tegenwoordig.

Jouw oude bureau stoel is ook weg.

Ja, die is ook weg.

Ja, dat was echt zo'n ding.

Maar de rafels hingen eraan.

Nee, maar die staat bij mij thuis nog.

Echt waar?

Ja.

Ja, die staat bij mij thuis nog.

Jouw oude broodstoel is ook weg. - Ja, die is ook weg.

Ja, dat was echt zo'n dommer. De rafels hingen eraan.

Nee, maar die staat bij mij thuis nog. - Echt waar?

Ja, dat werk ik nog even. - Een Museum-stuk?

Ja. - O, zo!

Je hoopt er naar uit, en zo. - Maar jullie werken hier nog steeds dus?

Wij werken hier nog steeds, ja. - En met enig plezier?

Zeker! - Goed zo!

Heel veel plezier! - Ja, wel gezellig.

We hebben een Bonita Avenue, zie je? - Ja, Bonita.

Daar is de echte, hè? Daar buiten. - De echte.

Dat is het leuke zo van het bordje, zie je? Bonita Avenue.

Peter Bewolder, ja, vertel maar wat. - Ja, leuk.

Heb je hem nog aangenomen? - Ja.

Zal ik hem nog laatst? - Ik beelde hem 's avonds op.

Ik zeg, je kan bij ons komen werken. En dat meen je niet.

Dus ja, daar heb ik geen zin in. Dat ga ik niet doen.

O, ja? - Dat was een goed gesprek.

De brief, er zaten een paar foutjes in. Welke foutjes dan?

Nee, wel een paar dingen.

Maar doe je het of doe je het niet? Graag of niet, hè?

Nou, voor deze keer dan.

Dat was Peter Bewolder.

En daarna heeft hij zes jaar gewerkt, volgens mij. Vijf jaar?

Ja, zoiets. - Zoiets, ja.

Maar hij was van externe werk. Je kende hem?

Hij had Nederlands gestudeerd met journalistieke afstudeerrichting.

In Groningen, volgens mij.

Hij had zijn scriptie nog niet afgemaakt. Ik weet niet of hij het ooit gedaan heeft.

Maar dat vertelde hij zo.

Maar na twintig jaar mag je dat wel verklappen.

Ja. - Dat is leuk, hoor.

We hebben er wel wat lol mee gehad. Ik weet niet wat ik nou zeg.

Dat ben ik eigenlijk niet meer. - Wij missen de oude tijd soms ook wel een beetje.

Ja, de oude tijd, ja. - Ja, zeker.

Ingezonden brieven.

Ja, dat missen we heel erg.

Kritische, ingezonde brieven.

Die zijn verdwenen. - Overal sluiten.

Ja, overal sluiten. - Ja, op een fout.

Ja, en ook de spanning dat er een UT-nieuws kwam.

En in je postvakje lag een UT-nieuws.

Dat was een schandaal.

En de mensen artikelen horen.

En bellen en dat soort dingen.

En dan was het in mijn huis en dan ging ik hem thuis lezen.

Echt van A tot Z.

En dat doe ik dus niet met de digitale versie.

Die lees ik wel, maar...

Ja, maar digitaal is ook niet zo leuk.

Ik heb ook de digitale volskant en dat vind ik minder leuk dan de...

Ja, het is toch anders.

Het is toch anders.

Er moest weer wat hersteld worden in de krant.

Er stonden wel stukken in dat er mensen niet mee eens waren.

Ja, ja, ja.

Rectificatie. - Ja, maar het was wel een leuke tijd.

Maar alles is anders.

Ja, alles is anders. Maar ook om hier te werken is al anders, vind ik.

Dan vroeger.

Het is allemaal heel zakelijk geworden.

Het is allemaal niet meer zo...

En studenten hebben veel minder tijd om iets naast hun studie te doen.

Dat merken wij ook.

Ja, ja, ja.

Goed. - Leuk.

Tot kijk. - Goed gaan, hè.

Wat was dit leukje.

Dit was leuk.

Ik weet nog niet of we hier via deze weg...

Ik weet het niet, maar...

Maar vroeger waren die gebouwen ook echt helemaal open.

Tegenwoordig moet je ook allemaal kijken of je door de deurtjes heen kan.

Ja.

Waar ik mijn telefoon op heb, is er zelfs wel een auto liggen.

Nou ja.

O, je gaat met de trap.

Hé, goedemorgen.

De deur is al open, dus we kunnen even kijken natuurlijk.

Ja, het zal toch niet waar zijn?

Heb je nieuwe bril?

Nee.

Al een paar jaar.

Wat is dit nou weer voor onaangekondigd bezoekje?

Nou, ik dacht dat jij het al gezegd had, toch?

Nee, ik had al...

Ik had al een paar jaar.

Je zegt het al, toch?

Ik had al... Mike had ik volgens mij...

Die gesproken, dacht ik.

Vorige week.

Ik was met Bert de campusvlogs aan het doen.

Nog steeds, nog steeds hoor.

O, nee, we zijn even meer...

We zijn met de spiegel begonnen.

We zijn een wandelingetje aan het maken over de campus.

Een beetje herinneringen door te halen.

We zijn even langs Peter Timmerman geweest.

En Hiscar.

Hiscar Bakker.

Maar heb je een nieuw bril?

Met je zo jong.

Ik ga gewoon terug.

Ik ben 47, maar het gaat gewoon...

Nee, Bert, die heb ik al heel lang.

Maar jij ziet me niet altijd.

Dus mijn ogen is natuurlijk niet meer wat het was.

Toen je afscheid nam hier ooit.

Dus dat gaat gewoon wel achteruit.

Ja, dus ik moet de bril wel op...

Maar je hebt nou de functie wat vroeger Bert had?

Ja.

Je hebt hem opgevolgd.

Met een tussenpauze.

Dit is er ook.

Haha.

Hé.

Je moet ook nog bij staan hoor.

Dan heb je ze allebei.

Gaat het goed?

Gaat het goed met jou?

Ja, gaat goed.

Na alle beriekelen.

Ja.

Zou je het doen?

Ja, kan.

Dan is het wel even dat de heren vaak aan het bellen zijn.

Anders gaan we even hier in de garenkamer zitten.

Hier mag ook.

Dan is het ontsprekbaar.

Hé, ben je bezig met de vuurwerk al?

Ja.

Ja, die foto ken ik.

Een eerdere foto.

O nee, dat was daar.

Haha.

Ga je even mee?

Ja, ik ga even mee.

Dat glazen deuren.

Het is allemaal wel heel chic.

Dat is niet te geloven.

Maar qua ruimte is het ongeveer wat jij ook qua uurtingen zat?

Ook qua aantal redacteuren enzo?

Ja, aantal redacteuren wel.

En fotografen had je die in dienst?

Of had je die...

Fotografen, allemaal ZZP'ers.

Fotografie had ook echt wel een bepaalde uitstraling.

Ik weet dus dat fotografen ook...

De samenwerking met de krant was natuurlijk heel erg belangrijk.

Ik heb het idee dat het ook een beetje wat meer ondergeschoven is geworden.

Samenwerking met de krant, met je doel, met de dagbouw?

Dat de foto's aan zich in een krant heel erg belangrijk waren.

Een foto zegt natuurlijk ook heel veel...

Ik ben echt van het beeld hoor. Ik ben echt puur van het beeld.

Als je nu kijkt naar artikelen...

Vaak zie je ook dat bij artikelen gewoon een stokfoto gebruikt wordt.

Of iets door AI gegenereerd.

Maar vooruit...

Ter onderbreking van de tekst.

Anders wordt het een beetje saai.

Maar in het boek dat ik gemaakt heb over Lemtra...

Daar zitten natuurlijk wel 200 foto's in.

Om elke pagina een foto.

Had je dat toen ook al?

Dat je met de krant bezig was, dat er veel foto's in moesten?

Ja hoor, maar als journalist moet je ook beeldend kunnen denken.

Als je verslaggever bent en je levert een stukje in...

Bij de vormgeving heb je er verder niks mee te maken.

Maar je kan wel suggesties geven.

Ik wil daar een foto bij of daar een foto bij.

Maar wij hadden natuurlijk alles in eigen hand.

Dus bij een stuk zeg ik altijd, er moet een foto bij.

Er moet altijd een foto bij.

Ook al is het een gedateerde foto...

Maar het beeld moet wel onderbroken worden.

Of de tekst door beeld.

En je hebt natuurlijk met heel veel fotografen samengewerkt?

Nou, Daan Willems kan ik me nog herinneren.

Dat was voor jouw tijd.

Dat was een fotograaf die vrij slecht zag.

En door ziektes of...

Met het bombardement van Hengelo heeft hij een oog verloren.

Ik weet het helemaal niet meer precies.

Hij is overleden.

Maar hij kwam dan de zaal van de universiteitsraad binnen.

En hij deed het licht aan.

Maar het licht was al aan, dus het licht ging uit.

Omdat hij het niet zag?

Omdat hij het niet zag.

Dat was heel apart.

Dus op een gegeven moment viel iedereen stil.

Oh, daar komt Daan Willems eraan.

Jij kent Daan Willems ook nog wel natuurlijk.

Ja, ja, ja.

Maar zijn handicap leverde misschien wel weer grappige situaties op.

Het was ontzettend grappig.

Maar hij kon ook niet meer zo goed rijden.

Dus ik hield af en toe zijn stuur vast.

Omdat hij recht op de baan bleef.

Ja, Daan Willems.

Een legendarische fotograaf.

Die lieten wij foto's maken, maar hij werkte ook voor...

The Tenth Krant.

Een dagblad van het oosten.

Toen had hij die krant in die tijd.

Dan heb ik het over de jaren '70, '80.

Er werkte ook maar meer fotografen voor de krant, hè?

Tegenwoordig nog minder?

Voor de band, ja.

Ja, überhaupt gewoon fotografen?

Dat weet ik niet.

Als je nou vraagt wat dieptepunten waren...

Of journalistieke hoogtepunten eigenlijk...

Dat was die brand in de kubikus.

Dat Menno kwam 's morgens ook vroeg.

Ik was er als eerste.

Menno kwam. Nee, Menno was er al.

Die zat toen eerst te werken.

Daar was een enorme rookpluim.

Met je rooktas, weet je.

GELACH

Fantastisch.

Je hebt ook nog die strijd meegemaakt tussen...

Facilitaire en directeur Rekenscentrum.

Over wie nu dat moet gaan oplossen...

En waar dan het Rekenscentrum moet komen.

Op een bepaald moment zou het Rekenscentrum...

Aan de linkerkant van de straat komen.

Daar was toen heel veel getouwtrek over.

Dat was Koppen volgens mij.

Ik ken ook wel.

Op een bepaald moment zouden ze in dat bankgebouw...

We zijn daar al een paar jaar mee bezig geweest.

Om daar een Rekenscentrum te bouwen.

Onderin die kluizen.

Dan zouden ze eigenlijk een soort koeppleging doen...

Om het Rekenscentrum van de universiteit daarop te bouwen.

Extern.

Maar die brand, hè?

Wat jij nu zegt, dat weet ik niet meer.

Het bankgebouw wel.

Dat weet ik niet meer.

We hebben wel afgesproken wat wij daarover hebben geschreven.

Nee, dat was niet.

Dat is heel intern geweest.

Maar ik heb toen die strijd wel gezien.

Maar na die brand, hè?

Die brand was geblust.

Dat was een enorm fikje.

We hadden een hele mooie foto.

Van die koe.

Op de achtergrond.

Fantastisch. En die werd ons zo aangeleverd.

Dat was een student, hè?

Ik vond het echt een wereldfoto.

Die zat daar rustig met de koe te grazen.

En op de achtergrond die grote brand.

Maar die was geblust op een gegeven moment.

Met alle ellende van dien.

Een paar dagen later werd ik door de portier gebeld.

Toen ben ik naar de onderwijskunde.

Die op de grond gereden.

Ik weet het al niet veel meer.

Hij zei, hier is ook nog geprobeerd om brand te stichten.

Ja.

Weet je dat?

Hij liet mij een trap zien met brandgaten in het vloer.

Sorry, wat was dat?

Dat was de auto-beveiliging.

Marcel.

Ja, Marcel was dat.

Ik heb laatst al met de beveiliging afgesproken.

Maar Marcel liet ons toen zien.

Dat was de tweede poging.

Ja.

Ik ben uiteindelijk bij de rechtszaak geweest.

Toen ik van diegene die samen met Janje werd gevraagd.

Hugo B.

Maar een hele zielige jongen.

Uiteindelijk.

Die dat heeft gedaan.

Dat was echt een schreeuw om aandacht.

Die heeft hij wel gekregen.

Zeker.

Ik weet nog wel dat we mochten het gebouw niet in.

We wilden namelijk de medewerkers laten zien.

Wat er van hun verblijfkamer terecht was gekomen.

Zonder boeken er nog.

Was alles van brand of niet.

Het college van bestuur mocht iedereen maar.

Ik kreeg geen rondleiding.

Maar wij mochten er niet in.

Marien Florijn was dat.

Groeman, jij komt er niet in.

Ik voel nog steeds die dikke buik van hem.

Jij komt er niet in.

Ik zeg, godverdomme, wat kuip.

Wat hebben we toen gedaan?

Met een omweggetje.

Met een fototoestel zijn we gewoon er binnen geslopen.

Het was een beetje instoord gevaar.

We hebben foto's gemaakt met onze oude camera.

En dat gepubliceerd.

Om de medewerkers te laten zien wat er van hun terecht was gekomen.

Dat vonden wij wel leuk.

We kregen ook wel complimentjes over.

Goed dat dat gebeurt.

Maar we mochten er niet in. Iedereen maar wij niet.

Dat kreeg je wel.

Het gebouw stond toen ook opnieuw.

Het stond een beetje wankel. Het was ook een beetje leeg.

Dat was ook een reden dat je er niet in mocht.

Dat snap ik ook wel weer.

Jij had het gevoel dat het journalistiek niet mocht?

Of dat je...

Ik had het gevoel dat het de college van bestuur was.

Maar Armin Niemens stond daar ook.

Ik vroeg me af, jij komt er niet in.

De volgende dag kwam die staatssecretaris.

Die Annette Nijs.

Die kwam met Frans van Vught.

En die met zijn tweeën.

Die mocht er toen kijken.

Met een hoogwerker hebben ze toen wat zaken gedaan.

Met Annette Nys was dat.

Die rode was dat.

Die kwam toen kijken.

En die rode.

Mooie tijd.

We gaan nog even een stukje wandelen.

We zien elkaar binnenkort.

Ciao hè.

Doei.

Je hebt wel flink gesport.

Dat was de Sintelbaan toch?

Ja, dat ken ik.

Dat heb je ook allemaal meegemaakt.

Ik heb er nog meegelopen.

Ja?

Eindetappen?

Nee, ik heb vanaf Barchem.

Een stukje van Barchem.

Door die heuvels heen.

Ik heb er drie of vier keer meegemaakt.

Eén etappe dan.

Als journalist ging je er neerlopen?

Nee, als journalist.

Maar ook als UT'er.

Nee, we hadden een eigen ploeg.

Een eigen Utenis ploeg.

Dus we hebben alle etappes meegelopen.

En ik dacht, moet ik zelf ook het goede voorbeeld geven.

En hoeveel etappes waren er destijds?

21.

Dus ik liet zelf mijn kinderen meelopen.

Om het een beetje compleet te maken.

Je hebt dus ook nog meegemaakt dat hier een Clear Room gebouwd werd toch?

Want daar zitten nu de high tech factories in.

Ja.

Je hebt er meegemaakt dat het gebouwd werd?

Ja, die Clear Room.

Weet je nog de oorsprong dan?

Nou, alles moest heel clean zijn.

Helemaal 100 procent.

Het was toch gecombineerd met...

Eentjes.

Ik vond zo oorsprong in de nanotechnologie toch?

Ja.

Maar wie kwam er op het idee om een Clear Room hier te bouwen?

Ik denk dat Dave Blank dat misschien wel...

met Albert van den Berg.

Maar Houmen het Goede, dat weet ik niet precies.

Nee, nee.

Je werd natuurlijk ook niet bij dat soort dingen...

Nee, nee, nee.

We hebben het alleen maar genoteerd en erover geschreven.

Over de Clean Room.

Je ziet natuurlijk ook dat heel veel dingen ook buiten het Utenis werden gehouden.

Voordat het nieuws kwam.

Nou, daar was ik niet zo van hoor.

Maar als je...

Het is zoals het is.

Publicatie rijpt.

Maar dat bepaalt de redactie hoor.

Ik luisterde wel naar het College van Bestuur.

Ik had soms hele goede...

gesprekken met het College van Bestuur.

In die tijd.

Had je ook echt een vertrouwensband?

Dat je ook dat soort dingen kon vertellen?

Jawel, jawel.

Wanneer was ie dan onder embargo?

Nou, met Van Vrucht.

Kon ik wel heel goed hoor.

Maar we dronken ook wel eens een borrel.

Ik ben met vroeger de CVB-leden ook wel eens doorgezakt in het Bastille.

Dat was in de jaren tachtig.

Dat was een hele andere tijd joh.

Dan had je ook geen opnameapparaatje bij je?

Of aantekeningen?

Nee.

Dan kan je natuurlijk zeggen, als journalist moet je dat misschien wel niet doen.

Maar...

Je maakt natuurlijk deel uit van de gemeenschap.

Maar je schrijft er ook over.

En dat vergt iets van je sociale inbreng.

Van je benadering.

Van je karakter. Hoe sta je daarin?

Het moet wel een beetje soepel zijn.

Maar je had dus ook wel echt een netwerk in de faculteiten.

Zo.

Je werd dan ook overal voor uitgenodigd?

Ja hoor.

Werd je dan als Bert Groeman uitgenodigd of als journalist Bert Groeman?

Ehh...

Nee, maar ik was natuurlijk ook...

Ik was gewoon personeelslid.

Dus als er iets was, dan was ik daar gewoon bij.

Alleen, dan wisten ze ook wel...

Hé, Utenis is erbij.

En dan werd het natuurlijk...

Dan hadden ze er antennes om.

En dan was het iets van... Pas op, niet doorverdelen.

Of juist wel.

Maar dat was toch een soort spel.

Het was natuurlijk...

Het is niet te vergelijken met Tubantia.

Jij hebt het ook meegemaakt.

Dat er dus op een bepaald moment...

In de jaren...

Eind jaren '80.

Begin jaren '90 had je...

13 faculteiten of zo?

Nee, nee, nee.

Of hoeveel had je er toen?

Die kantelingen. Werden toch grote faculteiten gevormd?

Ja.

Maar je had dus tijds...

Dat was toch een hele roerige tijd.

En ook gebouwen hadden hun eigen...

Namen. Dat was het ELTN gebouw.

En op een bepaald moment moest dat eraf.

Ja, dat was eerst de ENF, hè?

Electrotechniek en Fysica.

En toen is het ELTN geworden.

Toen ELTN.

Maar toen had je dus ook... Een gebouw had een eigen directeur.

Ja, ja.

Had een eigen status.

En op een bepaald moment moest daar een soort kanteling komen.

Toen is dat een heel grote...

Verandering geweest, toch?

Ja, dat klopt.

Maar dat was toch wel een roerige tijd, toch?

Eh...

Weet je, dat is natuurlijk altijd wel roerig geweest.

Dat hoort ook bij een universiteit.

Ik weet wel...

We hadden het net over bezuiniging.

Ja.

Dat heb je ook meegemaakt.

Ik heb verschillende bezuinigingen meegemaakt.

We hadden geen cent te maken.

We hadden geen potlood aanschaffen.

En dat was een hele bizarre tijd.

Weet je wanneer dat was?

Ja, begin jaren '80.

Dat was toen de studentenaanwas terugliep.

Geen inkomsten.

Dat was een hele barre tijd.

Sterker nog...

Het was zelfs zo...

Er waren geen geruchten dat in de Tweede Kamer...

ging dan...

Het kwam dat gesprek op gang van...

Ja...

We hebben nu drie te eens in Nederland.

Maar dat is te een te veel.

We hebben te weinig studenten in Nederland.

Delt is een gevestigde stad.

Eindhoven ook, min of meer.

Maar Twente... Ja, daar komen geen studenten.

Dus...

Er is een periode geweest...

Niet zo lang.

Dat Twente echt... De UT echt...

Toen nog THT...

Er werd een twijfel getrokken of dat wel...

bestaansrecht had.

Eind jaren '70, begin jaren '80.

Ik meen dat de Stadssecretaris Klein...

...met minister...

...minister van Kemerade...

Als minister van Onderwijs, denk ik dat hij dat was.

Dat weet ik niet zeker.

Die is daar nog een paar keer geweest.

Het was toen...

Jongens, we worden misschien wel opgeheven.

Dat hebben we toen al gepubliceerd.

En ze hebben ons ook niet aan het dank afgenomen.

Moet dat nou en zo.

Gelukkig keren zich dat te goede...

...door nieuwe opleidingen.

Bestuurskunde, onderwijskunde...

...en later psychologie.

En van alles nog wat.

Dus de UT werd veel breder.

En daarmee ook gewoon...

...meer draagvlak, meer aanpas enzovoort.

Internationaal studenten.

Dus dat dieptepunt...

...dat is op een gegeven moment weer voorbij gegaan.

Maar het was wel...

...een dingetje hoor, toen in die tijd.

Zullen we even nog dat gebouw meepakken?

Ja, ja. Dan lopen we langzamerhand terug.

Ja, jij zegt dat maar hoor.

Nee, ik heb straks nog een afspraak.

Ja, prima.

Hoe laat heb jij de afspraak?

Hoe laat is het eigenlijk?

11 uur. - Oh, 11 uur pas.

Ja, over een half uurtje moet ik terug zijn.

Oké, dan lopen we er zo even langs.

Ja.

Maar die brand, die heb jij ook meegemaakt?

Zeker, ja. Ik was niet op de campus fysiek.

Dus ik heb het een beetje van afstand meegemaakt.

Het was echt een rampje.

Ik heb het wel meegemaakt.

Het helpt opbouwen weer, dus daar was ik wel bij betrokken.

Alles lag plat.

Alles, alles, alles.

Het was één grote chaos.

Weet ik wel.

En ook emotioneel.

En dat we toen nog een krant konden maken.

Met allerlei...

...ouderwetse, ambachtelijke...

...flopjes.

Ja, jullie hadden toen zelf...

...denk ik, computers nog op kantoor staan.

En dat in het rekenscentrum zelf.

Ja, ja. Dus met die flopjes gingen wij...

...naar de drukkerij. Die draaiden het uit.

En toen konden we op die manier een krant maken.

Dat was de noodeditie. Maar aardig kan ik me...

...er wel goed herinneren.

En toen heette het ook TWRC gebouw.

Ja, klopt.

RC van...

Rekenscentrum.

Kijk, dat is ook weer iets bijzonders.

Alleen maar een container. Zonder ramen.

En wat moet daar dan inzitten?

Dat staat niet. Je kunt wel meer informatie vinden.

Dat is u20.nl/container.

Maar waar erin zit, weet ik niet.

Tjongejonge.

Maar we lopen wel een beetje tot terug.

Ja, ik snap het.

Ik ben er wel blij mee.

Ja.

Maar heb je nou een beetje wat je wil horen?

Ja, zeker.

Ik was wel even benieuwd naar de...

Je hebt eigenlijk daarna ook nog wel een keer...

...een crisis gehad, toch? In de jaren 90.

Met grote bezuinigingen.

De faculteiten. Mensen moesten...

...ontslaan.

Ja. Internetbubbel.

Zo'n beetje.

Nou, dat was de tijd van...

En Bewalda was natuurlijk een redelijke onderdeelschaaier.

Van mijn verzoek trouwens ook.

Maar die stuurde ik ook naar allerlei geheime vergaderingen.

En ik kwam altijd met leuke dingen terug.

De faculteiten...

Ja, de faculteiten zaten elkaar in de haren toen.

En ik moet even goed nadenken.

Fusies, bezuinigingen...

...faculteiten.

Nou ja, maar...

...huis dus, het hoort ook weer bij een...

...bij een universiteit.

Het is nooit helemaal rimpeloos.

Je komt er altijd weer beter uit.

En deze bezuinigingen ook.

Dat is misschien 1, 2, misschien 3 jaar.

En daarna kom je er weer bovenop.

En dan blijkt er weer een andere tijd aan.

Zo'n beetje. Ja, ik heb wel...

Maar in die tijd was het dan...

...faculteiten onderling?

Of ook richting het bestuur?

Waar zat dan het zwaardepunt?

Dat faculteiten, sommige faculteiten...

...meer geld kregen dan andere?

Nou, dat kan ik niet zo goed beoordelen.

Maar wel dat ze vochten op studenten.

Hoe meer studenten, hoe meer...

...overlevenskans.

En als je geen studenten trok, dan telde je niet mee.

Dan had je een minpunt.

Zo was het wel ongeveer.

Dan heb jij de vorming van de...

...3TU ook nog meer gemaakt.

Dat er een afspraak gemaakt werd...

...van laten we in ieder geval elkaar niet meer concurreren...

...tussen universiteiten in Nederland.

Maar...

Er is een moment geweest...

...dat vanuit de overheid...

...werd gezegd, dan maken we er 1...

...technische universiteit van.

Met 3 filialen, zeg maar.

Dat is toen niet doorgegaan, want elke universiteit...

...wil natuurlijk zijn eigen...

...autonomie en identiteit houden.

Maar de 3TU...

...dat is zelfs niet zo'n hele verkeerde...

...beweging geweest, lijkt mij.

Omdat je natuurlijk...

...gebruik maakt van elkaars kennis.

En elkaar juist niet in de wielen rijdt.

En de vakgebieden wat redelijk verdeeld.

En dat niet iedereen bovenop nano zit.

Ik noem maar eens wat.

De Vlammen is ook 4TU geworden, met Wageningen erbij.

Ja, maar dat is denk ik...

...dat was toen ik wegging.

Dat was toen een beetje in de maak.

Hoe was jouw samenwerking met andere universiteiten dan?

Met de Blader.

Had jij daar goede contacten mee?

En ook regelmatig overleg?

Ja, zeker. En ook gewoon dezelfde problemen natuurlijk.

En nu lach je daar een beetje over.

Ja, het gaat er wel even bij.

We hebben wel een hoop herrie gehad hoor.

In het verleden. Maar dat hoort er ook bij.

Maar ging dat met name omdat je dan als universiteitsblad...

...ook in de verdrukking zat?

Nou ja, dat de dingen schreven die niet zo...

...het kledingambassuur vond dat niet zo fijn.

En die stuurden dan voorlichting aan mij toe.

Hoog voorlichting.

En dan moest ik uitleggen waarom ik bepaalde dingen had gedaan.

Dat is een tijdje zo geweest.

Maar ja, god.

Het ging ook een beetje af aan de kledingambassuur.

Wie de voorzitter was.

Ik kon met de ene wat beter opschieten dan de andere.

Ging het er dan ook om of ze begrippen wat journalistiek was?

Of ging het er dan om dat ze controle wilden houden?

In de tijd van Van der Cronenberg.

Dat is steeds mijn grote voorbeeld.

Midden jaren 90.

Begin jaren 90. Daarvoor ook nog.

Die begreep dat allemaal. Die begreep het donders goed.

Die wist ook precies.

Want dit is leuk voor Tutenius.

Dan belde hij me op. Ik heb iets leuks voor je.

En natuurlijk had hij ook zijn belangen.

En hij stuurde ook wel.

Maar goed, dan moet je er een beetje heen plinken.

Van Vrucht had dat ook.

Erik Bolle.

Nog daarvoor.

Financiële man van het college van bestuur.

Die had het ook. Die vond het alleen maar leuk om af en toe een nieuwtje door te geven.

Dan kon ik er goed mee opschieten.

Maar niet met allemaal.

Nee. Er zaten ook een paar houten klazen tussen.

Maar dat was dan omdat ze bang zijn om controle te verliezen?

Ja, zoiets.

Dan ben je persmesquiet.

Maar ik heb me altijd wel op en top UT'er gevoeld.

En nog wel een klein beetje UT.

Die man parkeert zijn auto hier.

En die zet de handrem aan.

Met zijn SUV.

Om even wat foto's te maken van bloeiende...

Van die papaafers misschien.

Ja.

Kijk.

Dat is wel iemand van een andere universiteit.

Die denkt, dat heb ik niet.

Als ik bij het blad werkte, dan zou ik aan hem hebben gevraagd.

Wat leuk dat je dit doet.

Heb je daar een speciale bedoeling mee?

Ja. En dan ga je er ook weer uit.

Dan zou je zeggen, ja.

Ik werk hier voor de biologenclub.

We moeten even kijken of het wel een beetje bloeit.

Want de bijen lopen terug.

En de weidevogels. En noem het maar op.

Ja, daar kan een verhaal in zitten.

Zoals een antenne had je dan altijd wel.

En dan ging je er gewoon op af.

Het nieuws ligt op straat.

Als je een beetje je best doet.

Ik zei op een gegeven moment ook wel tegen mijn mensen.

Ga maar de kampers op.

Zorg dat je met iets terugkomt.

Dat is natuurlijk de oude benadering.

De ambachtelijke benadering.

Zoals ik vroeger ook ben opgegeluid.

Dat werkte.

Zoek het maar uit. Maar kom niet met niks terug.

Je moet iets doen.

Dat gebeurde dan ook.

Maar dan ging je gewoon een vakanteit in.

En dan kijk je.

Ja, van nee.

Dat ken ik wel mensen.

Nog nieuws? Leuk? Gaat het met je?

Ja, nou ik je toch zie.

Zo ging het dan.

En de mensen die bellen dan.

Die belden niet uit zichzelf op.

Maar die moesten je even aanschieten.

Dat was ook een hele tijd geleden.

Dat er vanuit de UT.

Een soort kabelbaan moest komen.

Naar het station.

Net zoals ik geloof in Dordmund.

Of in Düsseldorf.

Ga je erin zitten. Dan kom je bij het station uit.

Dat vond ik wel een leuk idee.

Maar er was ook wel iemand van het Facitet bedrijf.

Die had ook zoiets van. We moeten een golfbaan maken.

Oh ja.

Van Veldman.

Veldman was de collegevoorzitter.

En dat was een verwoed golfer.

En die vond het wel een goed plan.

En zo bedachten wij iets.

En dan belde de Veldman.

Wat zou je vinden van zoiets.

Ja, het is een goed plan.

En dan hadden wij het nieuws.

En dan liet het hem gewoon verzin.

En heel veel consternatie natuurlijk.

Ja, dat kan niet.

Waarom is die kabelbaan er niet gekomen dan?

Is dat echt serieus onderzocht?

Ja, nee. Dat kostte veel geld meestal.

Maar zelfs die vleugel daar.

In Düsseldorf.

Helemaal anders.

Helemaal met andere ramen.

Werkt er nog iemand van de oude stempel?

Eh...

Waarschijnlijk niet.

Kun je even afsluiten om naar binnen te lopen?

Hoe vaak liep je dan naar binnen?

Als ze je al zagen.

Doordat ze dan weg waren?

Ik had eens in de week een afspraak met de collegebestuur.

Even door en gewoon.

Dat is het speel.

Dan maakte ik wel eens een rondje.

Ik ben de secretary geweest.

En je bent dus vaker binnen geweest?

Eén keer per week liep je naar binnen?

Nou, wel vaker hoor.

Een beetje ontboden.

Ik heb ook wel studentendemonstraties meegemaakt.

Dat ze hier...

Dat ze hier de studenten...

Dat was tegen de college gaat verhogen.

Of zo.

Dat ze hier de hele vloer met zeep bedekt.

En dan zag je de minister zo met een omtrekkende beweging zo...

Daar doorheen lopen.

En de collegebestuur.

Ik schaam me zich dood.

Maar dat zijn wel leuke dingen.

Ja.

Dat is wel lachen.

Daar zat...

...Friemand destijds.

En ook andere figuren.

En dat was dan de zaal waar het collegebestuur...

Nog steeds.

Hallo.

Hebben jullie iets?

Nee, dat was de vraag.

Maar je hebt nog meegemaakt dat Frans van Vught...

...rector was?

En later rector en voorzitter.

Dat was zijn eigen vondst.

Dat weet ik wel.

En wat vond jij daarvan?

Ik vond het wel handig.

Dan heb je maar met één figuur te doen.

Hij vond dat hij dat eigenlijk wel...

...een soort dubbeling kon doen.

En hij was denk ik...

...de eerste die dat dubbelde.

En dat kon.

Hij vond dat dat kon.

Gaat dat dan niet meer spanning...

...op de universiteit?

Ja, zeker wel.

Met mensen die er veel tegen waren?

Ja, maar op een gegeven moment gebeurde dat.

Dit was ook een beetje voor de hippieopstand.

De UT liepen wat achteraan.

Wat er nu in Amsterdam gebeurt...

...dat zou misschien in Twente ook kunnen gebeuren.

Maar dan een half jaar later.

Noem maar eens wat.

Maar ik heb wel verschillende...

...bezettingen meegemaakt.

Nou, dan zijn we weer terug op de plek waar we begonnen.

Zo is dat.

Ja.

Wat vond je van het...

Van het geheel? Leuk. Hartstikke leuk.

Zeker.

Ondertitels ingediend door de Amara.org gemeenschap

Gezondheid is de moeite die je geeft.

Ondertitels ingediend door de Amara.org gemeenschap

Gezondheid is de moeite die je geeft.

Ondertitels ingediend door de Amara.org gemeenschap

TV Gelderland 2021